‘Laat me nooit alleen’ van Kazuo Ishiguro
Of ‘niets menselijks is hen vreemd’

Door | oktober 5, 2024

De in Japan geboren schrijver en nobelprijs winnaar literatuur 2017 Kazuo Ishiguro woont in Groot-Brittannië en schrijft in het Engels, we kennen hem van zijn trage verhalen. Een beetje als het leven zelf ontspinnen ze zich vanuit een gedetermineerd verleden naar een einde met de openheid van verlangen. ‘Laat me nooit alleen’ is een ‘unheimlich’ vertelsel over gekloonde mensen waarbij niets menselijks hen vreemd is.

Het duurt geruime tijd voor je je als lezer een beetje thuis begint te voelen in het boek. Je komt terecht in een instelling waarin kinderen samen opgroeien en onderwijs genieten. Ze beleven de gewone perikelen van pestgedrag, verdrietjes en hechte vriendschappen. Naarmate ze opgroeien wordt het allemaal wat gecompliceerder met verliefdheden en verraden vriendschappen.

Alles wordt bezwaard door het feit dat ze niet zijn als gewone jonge mensen. Maar het duurt tot halfweg het boek voor er ronduit verteld wordt dat de kinderen gekloond zijn om verderop in hun leven als orgaandonor voor ernstig zieke mensen te kunnen dienen.

Al die tijd leven de kinderen, later adolescenten, alsof er niets aan de hand is. Alsof zij zich net als iedereen over pietluttigheden kunnen en moeten opwinden. Alleen, in de marge zit dat belastende toekomstperspectief waarover ze zelf nauwelijks iets vernemen. Ze voelen het maar kennen het niet. Kathy herinnert zich alle kleine en grote voorvallen van haar jeugd en vertelt het hele verhaal aan de lezer. Dit tijdens de eenzame uren waarin ze met haar auto als verzorger van donoren het land doorkruist.

‘Laat me nooit alleen’ werd toen het in 2005 uitkwam heel erg bejubeld, door Time magazine zelfs het beste Engelstalige boek sinds 1923 genoemd.

‘Uitgedoneerd’

Ook in twee andere bekende boeken van Ishiguro, ‘The remains of the Day’ en ‘The artist of the floating world’, gaat het over vervreemding, over overleven in een tijd waarin de personages zelf zijn voorbijgestreefd. Wat niet belet dat je als lezer geboeid mee hun weg doorheen hun dagelijksheid volgt. Deze van butler Stevens in zijn trouwe dienst aan lord Darlington. Pas na diens dood kan Stevens voor zichzelf toegeven dat de lord met zijn nazi-sympathie aan de verkeerde kant van de geschiedenis stond. En deze van de kunstenaar Masuji Ono die met zijn werk bijdroeg aan het imago van een militaristisch Japan. Na de oorlog die iedereen wenst te vergeten, vormt dat verleden een belemmering in de zoektocht naar een huwelijkspartner voor zijn dochter Noriko.

In ‘Laat me nooit alleen’ zorgen zowel verleden als toekomst voor een afstand tot het echte leven. Maar wat is de relevantie van al die akkefietjes die Ishiguro uitvoerig uit de doeken doet, vroeg ik me deze keer af. Het is wel duidelijk dat deze gekloonde jonge mensen geen omhulsel van organen zijn maar diep doorleefde gevoelens hebben die ze met elkaar delen.

Pas helemaal aan het einde van het verhaal blijkt hoe betekenisvol de menselijkheid van de gekloonde kinderen is. Wanneer ze ‘uitgedoneerd’ zijn, is ook hun verhaal uitverteld. ‘Laat me nooit alleen’ is een soort van science fiction verhaal, aan het eind van vorige eeuw gesitueerd, waarin doorgedreven medische technologie zonder menselijkheid wordt aangeklaagd. Niet alleen belangrijk voor deze klonen, op een bepaald moment zijn we allemaal ‘uitgedoneerd’.

‘Laat me niet alleen’ van Kazuo Ishiguro verscheen bij Atlas Contact en is vertaald door Bartho Kriek.