Veertig procent vrouwen aan top van Franse bedrijven in 2017

Door | januari 24, 2011

maandag 24 januari 2011 – (Marleen De Geest) – Over zes jaar moeten vrouwen veertig procent van het topmanagement van grote Franse bedrijven uitmaken. De parlementaire beslissing kwam er ondanks de nodige achterhoede gevechten en dankzij de vasthoudendheid van UMP parlementslid Marie Jo Zimmerman.

[ad#ad1]

Half januari werd in het Frans parlement het wetsvoorstel Copé-Zimmerman goedgekeurd. Dat voorziet in een quotum voor vrouwelijke vertegenwoordiging in bestuursraden van grote bedrijven van maar liefst veertig procent.
Tweeduizend bedrijven van vijfhonderd werknemers en meer en met een omzet van minimaal vijftig miljoen zijn betrokken partij.

Marie-Jo Zimmerman verbond haar naam en persoonlijke overtuiging aan de kwestie. Zimmerman is een gewezen leerkracht geschiedenis-aardrijkskunde. Toen ze naging waar haar oudleerlingen terechtkwamen, moest ze vaststellen dat de jonge vrouwen steevast minder verdienden dan de jonge mannen, niet zelden afhaakten rond hun vijfendertigste en een positie in een machtscentrum zelfs niet voor haar meest briljante studentes bleek weggelegd. Toen Zimmerman zich politiek engageerde werd ze voorzitster van de parlementaire commissie voor vrouwenrechten en gelijke kansen.

Ze deed er ruim vier jaar over om haar wetsvoorstel door het parlement te laten goedkeuren. In 2006 ging ze slechts voor een quotum van twintig procent. In 2008 bleek een hervorming van de grondwet nodig opdat de quota in overeenstemming zouden zijn met de constitutie. Daarin werd een artikel opgenomen dat in de gelijke toegang van vrouwen en mannen tot professionele en sociale verantwoordelijkheden voorziet.

In oktober 2009 diende ze het nu goedgekeurde voorstel in. Zimmerman is nog steeds niet te spreken over senatoren die het onderzoek van de tekst almaar uitstelden en aldus voor de betrokken ondernemingen tijd kochten. Verder kreeg Zimmerman heel wat telefoons van werkgevers die haar van de overbodigheid van haar tekst probeerden te overtuigen gezien ze ’toch al op de goede weg waren’, te weten de vrouwelijke vertegenwoordiging van minder dan tien procent naar vijftien procent hadden opgevoerd.

De weg van geleidelijkheid

Ook in België zijn verschillende wetsvoorstellen voor quota ingediend en het parlement zou ter zake positief gestemd zijn. Momenteel bedraagt de vrouwelijke vertegenwoordiging in raden van bestuur slechts acht procent en aan de top van een op twee beursgenoteerde bedrijven is geen vrouw te bekennen.

De commissie corporate governance wil een wettelijke regeling met een eigen voorstel omzeilen. Dat er meer vrouwen in raden van bestuur moeten zetelen is voor alle commissieleden duidelijk, zo wordt gesteld. Maar de verandering mag het functioneren niet in het gedrang brengen. Dus stelt men een geleidelijk groeipad voor waarbij slechts vrouwen kunnen worden gekozen wanneer een ander mandaat wordt beëindigd.

Opmerkelijk is dat meerdere vrouwen die aan de top staan geneigd zijn de ondernemingen nog wat tijd te gunnen. Daarbij speelt onder meer het argument dat vrouwen liever op hun merites worden beoordeeld dan worden benoemd omdat het nu eenmaal moet. Quota moeten de allerlaatste stok achter de deur blijven.

Noorwegen dat sinds 2002 quota kent is de grote roerganger. De resultaten van de veranderingen in de raden van bestuur zouden niet onverdeeld gunstig uitpakken. Een studie van de universiteit van Michigan concludeert dat de winstgevendheid van de betrokken bedrijven er het eerste jaar op achteruit ging omdat de vrouwelijke en nieuwe bestuurders minder ervaring in brachten. Daar tegenover staan natuurlijk tal van onderzoeken die precies stellen dat bedrijven beter presteren met meer vrouwen in leidinggevende posities.
Quota zouden ook niet altijd het pad voor vrouwen effenen want een beperkt clubje zou de posities onder elkaar verdelen.

[ad#ad3]

Een reactie achterlaten