Ontdekkingsreis naar het vrouwelijk gedachtegoed

Door | april 16, 2012

Wat is er van alle vrouwelijke wijsheid, inzichten en bezonkenheid in al die eeuwen geworden? Je kunt het je afvragen want mannelijke denkers hebben een hoop bagage nagelaten. Terwijl vrouwelijke denkers niet even prominent op de boekenplank staan als hun mannelijke collega’s, het is speuren naar hun namen en betekenis. Het boek ‘Vrouwelijke filosofen, een historisch overzicht’ trekt de plooien van de geschiedenis open en presenteert een kleine zeventig filosofes, vanaf de oudheid tot in onze tijd.

[ad#ad1]

‘On ne naît pas femme, on le devient’, zo luidt de quote waar de Franse filosofe Simone de Beauvoir wordt op vast gepind. Medeauteur Karen Vintges schreef die voor me neer als opdracht in het boek ‘Vrouwelijke filosofen, een historisch overzicht’.

Als er een gedachte is waar ik me persoonlijk als vrouw nochtans niet in kan vinden, is het wel deze. En wel omdat het vrouw zijn wat mij betreft van binnenuit komt en zeker niet als aangeleerd gedrag aanvoelt. Maar sterker nog, uitgerekend Simonne de Beauvoir laat zich van haar vrouwelijkste kant zien in haar passionele overgave aan de Amerikaanse schrijver Nelson Algren en haar eindeloos geduld met en op het einde haast moederlijke zorg voor filosofisch zielsverwant Jean-Paul Sartre.

En dat is slechts een, zij het heel bekend, voorbeeld van de vele in het boek behandelde vrouwelijke filosofen waarbij denken, sekse en persoonlijk leven een overvloeiend en bij tijden harmonisch geheel vormen.

Belle van Zuylen versus Immanuel Kant

Het boek ‘Vrouwelijke filosofen, een historisch overzicht’ is ontstaan vanuit de wens om de vele vrouwelijke denkers eindelijk eens naar het voorplan te halen. Ze ontbreken gewoonweg in de filosofische canon, onderstreept het team auteurs dat vijf jaar ‘als vriendinnen’ samenwerkte,  zoals Karen Vintges benadrukt. ,,We voelden een verbondenheid, consulteerden elkaar voortdurend.   Naar onze mening gevraagd, kunnen we dan ook rustig stellen ‘wij vinden het geheel onterecht dat  vrouwelijke denkers zo door hun mannelijke collega’s worden weggedrukt en zelden in curricula voorkomen’.

Want al heel vroeg speelden ze een grote rol, zo bijvoorbeeld was Plato’s moeder Perictione zijn grote leermeester, naast Socrates natuurlijk. Perictione liep zelf school bij Pythagoras maar wie heeft ooit van deze vrouw gehoord? Bij gebrek aan bronnen is het hoofdstukje vrouwelijke filosofen in de oudheid beperkt. Toch blijkt uit de inleiding tot deze periode dat ambivalentie tegenover vrouwen toen overheerste, ze hadden weinig of geen persoonlijke rechten maar als ze, zoals Perictione, Leontion, Aspasia of anderen intelligentie ten toon spreiden, kon men moeilijk om hen heen en waren ze heel geliefd.

De middeleeuwse filosofes zijn niet los te zien van het onderwijs dat toen door kerkelijke instellingen werd verzorgd. Hildegard van Bingen, Hadewych en anderen zitten in de mystieke sfeer. Dat geldt ook nog voor een aantal vrouwelijke denkers uit de renaissance al was bijvoorbeeld Olympia Fulvia Morata humanistisch geïnspireerd en was een levenskunstenaar als Marie le Jars de Gournay een tegenhanger van Montaigne.

In de vroegmoderne tijd gingen filosofes enigszins mee op de eerste feministische golf, de Britse Mary Wollstonecraft die ten tijde van de Franse revolutie voor vrouwenrechten pleitte, is daarvan een exponent. Dat geldt ook voor de Nederlandse Belle van Zuylen die zich vanuit haar persoonlijke vrijheidsliefde van dogma’s afkeerde en zich expliciet tegen de vaste ethische principes van tijdgenoot Immanuel Kant afzette.

Vrouwelijke zelfgenoegzaamheid

De bewapeningswedloop aan het eind van de negentiende eeuw, als voorbode van de eerste wereldoorlog, vormde stof tot denken voor vredesactiviste Bertha von Suttner. De aristocratische dame gebruikte haar positie om de gevaren te duiden. En zelfs, aldus de Joods-Oostenrijkse schrijver Stefan Zweig, werkte ze zodanig op het geweten van Alfred Nobel in dat die ter compensatie van het onheil dat hij had aangericht door dynamiet uit te vinden, een internationale vredesprijs zou instellen. Von Suttner was de eerste vrouw die deze ook ontving maar de eerste wereldoorlog kon ze ondanks haar geschriften en bewustwordingscampagne niet tegenhouden.

Lou Andreas-Salomé spreekt al even zeer tot de verbeelding, ze werd als Russische geboren maar de familie trok naar het westen en zij studeerde filosofie en theologie aan de universiteit van Zürich. Salomé ging onder meer om met Friedrich Nietzsche en Reiner Maria Rilke.

Later evolueerde haar belangstelling naar de psychologie en psychoanalyse en werd ze een gesprekspartner van Sigmund Freud. Salomé beïnvloedde Freud met de gedachte dat vrouwen in zichzelf volmaakt zijn en zich ook zo voelen, het vrouwelijk narcisme maakt voor haar de strijd om gelijkheid tussen vrouwen en mannen overbodig. Vrouwen volstaan met zichzelf en hebben van daaruit veel liefde te geven. In het boek ‘Freud’s Women’ portretteert Lisa Appignanesi haar als ‘femme fatale’ met weelderige blonde krullen en in rijkelijk bont gehuld. Het historisch overzicht van de vrouwelijke filosofen spitst zich op feiten en  ideeën toe.

De auteurs benadrukken dat de praxis, het eigen leven van de filosofes, heel dikwijls de voedingsbodem van hun denken vormt en ze beschouwen dat als karakteristiek van de vrouwelijke filosofie. De filosofes moeten gedreven vrouwen zijn geweest, gezien de tegenkanting die ze ondervonden – er werd zelfs gesuggereerd dat sommigen te lelijk waren voor het leven en de liefde en ze zich daarom maar aan het denken moesten wijden – en de creativiteit en volharding die ze aan de dag moesten leggen om hun punt te kunnen maken.

Het boek wil de schade van de veronachtzaming door de geschiedenis van de vrouwelijke filosofen

enigszins goedmaken. Een veelomvattende opdracht waardoor het werk soms een tikkeltje sec wordt en worstelt met de passionele sfeer van de vrouwenlevens zoals die soms uit andere bronnen blijkt.

Geglobaliseerde filosofie

Onvolprezen is de inspanning die is geleverd om onbekende filosofes aan ons te presenteren, en die zijn zoveel talrijker dan de bekende. In de twintigste eeuw heeft iedereen wel van Hannah Arendt en haar kijk op totalitarisme gehoord, van Simone de Beauvoir en Iris Murdoch die Martha Nussbaum voorging in de reflectie over het belang van emoties.

Maar het repertorium van dit boek strekt zich uit naar de inmiddels geglobaliseerde wereld. Dan is het bij voorbeeld leuk om weten dat het sinds de Arabische lente overbekende Tahrirplein, of Plein van de Bevrijding, in Egypte zijn naam dankt aan de actie van een vrouwelijk denker. In 1920 keerde Huda Sharawi terug van een internationale vrouwenconferentie waar ze onder de indruk van het westers feminisme kwam. Op het bewuste plein wierp ze haar gezichtssluier af en riep op tot de bevrijding van Egypte van het Britse en Ottomaanse juk.

De filosofie heeft, even goed als andere vakgebieden, behoefte aan een niet eurocentrisch perspectief en daar dragen Afrikaanse, Islamitische en Chinese filosofes die in dit boek aan bod komen aan bij.

Een andere trend die over de jongste eeuwwisseling heen een feit wordt, is de professionalisering van de vrouwelijke filosofen. Zij krijgen nu een formele filosofische vorming en werken dikwijls in de academische sfeer, aldus de auteurs.

‘Vrouwelijke filosofen, een historisch overzicht’ heeft wel iets van een encyclopedie waarin de behandelde filosofes in hun tijd worden geplaatst en de lemma’s, aangeleverd door een zestigtal binnen- en buitenlandse deskundigen, een aanzet vormen om meer over en van de denkers te lezen.

Vooral omdat steeds weer opvalt hoe ideeën en overwegingen de tijd overleven. Zo blijft de bekommernis van Hannah Arendt over het overwicht van produceren en consumeren ten nadele van het denken ons aanspreken. In haar verslag van het proces van Jodenvervolger Eichman kwam ze tot de conclusie dat zijn misdaden meer met ‘gedachteloosheid’ dan met kwaad opzet hadden te maken. Niet een gebrek aan intelligentie of onwetendheid maar eerder een gebrek aan voorstellingsvermogen om zich in anderen te verplaatsen en het effect van zijn daden te kunnen inschatten. Ook, en misschien vooral voor vrouwelijke denkers, heeft filosofie met de kunde en de kunst van het leven te maken.

‘Vrouwelijke filosofen, een historisch overzicht’, hoofdredactie Carolien Ceton en redactie I.v.d. Burg, A. Halsema, V. Vasterling en K. Vintges werd uitgegeven bij Atlas, het telt 416 blz en kost 49.95 euro. ISBN:  9789045007687

[ad#ad3]

 

 

 

Een reactie achterlaten